EBKK CD 1
- 1. Boedy Imja Hospodne 00:00
- 2. Kolj Slawjen 00:00
- 3. Wo polje bje-Rjozinjka Stojala 00:00
- 4. Gaude Mater Polonia 00:00
- 5. Blazjen Moezj 00:00
- 6. Dwjenadtsjat Razboinikow 00:00
- 7. Chwalite hospoda 00:00
- 8. Swjatyi Bozje 00:00
- 9. Stjenka - Razin 00:00
- 10. Blagoslovi - Gospodie 00:00
- 11. Soeliko 00:00
- 12. O Tjebe Radujetsja 00:00
- 13. Wod Msjietsja Troika 00:00
- 14. Izje Cheruvimy Tajno 00:00
- 15. Adnazvucna 00:00
- 16. Wiedoelj Ja 00:00
- 17. Plovi, Plovi 00:00
- 18. Otsje Nasj 00:00
Information:
Dit is een lied uit de Slavisch- Byzantijnse ritus.
De vertaling luidt:
“De naam des Heren zij geprezen, van nu en tot in eeuwigheid”.
Dit lied is bij u misschien beter bekend onder de titel
“Ich bete an die Macht der Liebe”.
Het is een ‘grote’ nationale Russische Hymne, gezongen tijdens parades en defilé’s, waarbij de Tsaren of Grootvorsten aanwezig waren.
Een deel van het lied luidt:
“Overal is de Heer even roemvol, zowel overdag als ’s nachts.
U, God, bezingen en loven wij.”
Landheer, grote landheer, de witte sneeuw viel.
Het grijze haasje rende naar buiten.
Het jagertje rende erop af, al zijn honden losgelaten.
De mooie boerenmeid geschrokken.
Jij jong meisje, STOP; STOP; STOP.
Ons lied is mooi.
Het is nog steeds een wonder.
Mijn Vaderland
Dit lied is een lofzang op het oude Polen.
Wees verblijd, o Moeder van Polen
Rijk aan nobele nakomelingen.
De grote werken van de grootste Koning loven met een regelmatig gebed.
Door wiens weldadige genade zullen Bisschop Stanislaw’s littekens
van zijn passie stralen met wonderlijke tekens.
Dit lied is ontleend aan de Byzantijnse Liturgie. Enige verzen luiden:
“Gelukkig de man, die de raad der Goddelozen niet volgt. Alleluja.
Want de Heer kent het pad der rechtvaardigen.
Maar de weg der Goddelozen loopt uit op verderf. Alleluja.
Dient den Heer in vreze en verheugt u in Hem met ontzag,
Alleluja, eer zij U o God”.
Dit lied is in Nederland beter bekend onder de titel ‘De twaalf rovers‘.
Het is een oude Russische legende.
Het handelt over de Russische roverhoofdman genaamd ‘Kudejar’.
Het roven en stelen had hij tot zijn beroep gemaakt.
Totdat de roverhoofdman in Kiev een meisje ontmoette.
Dit meisje had een grote invloed op hem.
Hij kwam plotseling tot bezinning en nam zijn intrek in het klooster.
Deze legende wordt zingend verteld door een Russische monnik, genaamd Pitirim.
solo: Frans Boek
Dit is een lied uit de Slavisch-Byzantijnse Liturgie.
“Looft de Heer in de Hemelen, Looft Hem in den hoge. Alleluja”.
“Heilige God, Heilige Sterke, Heilige Onsterfelijke, ontferm U over ons”.
Stroomopwaarts op de Wolga vaart Stjenka-Rasin met zijn bonte schare, de gevreesde Kozakken.
In zijn schitterende tent drinkt hij zijn huwelijkswijn. Met zijn geliefde vast in zijn armen vlucht hij uit de rijen van zijn kameraden.
En het gemopper gaat door de gelederen der Kozakken: “Moeten wij omwille van één vrouw onze nood vergeten?”. Stjenka-Rasin zwijgt en denkt na over de Wolga.
De mooiste van alle rivieren ben jij, mijn Wolga. En hij zegt:
“Tussen ons als Kozakken mag niemand staan.
Ik offer mijn geliefde aan de Wolga.
Kameraden laat uw hoofd niet hangen.
Laat ons dansen, lachen en zingen”.
Later werd op het Rode Plein te Moskou de Kozakken-hoofdman terechtgesteld.
solo: Ruud Vennik
“Heer ontferm U, Heer ontferm U.
Looft mijn ziel de Heer met heel mijn hart.
Vergeet nimmer al wat Hij gedaan heeft.
Barmhartig en genadig is de Heer.
Lankmoedig en rijk aan ontferming.
Heer ontferm U, Amen”.
De zoektocht van een man naar het graf van zijn geliefde.
Ik zoek het graf van mijn geliefde
Mijn hart is triest zonder jouw liefde
Het is moeilijk voor mijn hart zonder liefde
Waar ben jij toch mijn lieve Soeliko
Ik heb een roos gezien in een bos
Die was wit als tranen van dauw
Misschien bloei jij ook zo mooi, ergens ver weg, mijn lieve Soeliko
Boven de geliefde roos zat een nachtegaal
in de takken van een boom
Ik zucht diep en vraag:
Waar ben je toch mijn Soeliko
Het vogeltje raakt de roos met zijn bekje
En begint te zingen
Zijn lied maakt het bos wakker
Net alsof het zegt: Hier ben ik
solo: Rien van Ast en Hennie Bergsma
“Over U de gastvrije, de gezegende van elke mens.
Een kathedraal van engelen met een menselijke mond, van een geheiligde tempel in paradijselijke woorden”.
Dit is een treurig liefdesliedje.
solo: Ben Zwiers
Dit is een lied uit de Russisch-Byzantijnse ritus en een lofzang op de Cherubijnen.
“Laat ons als Cherubijnen loven, prijzen wij Hem heilig.
God die driewerf heilig is.
Hef ons o Heer boven Zijn pijn.
Laat ons in U geborgen zijn. Amen.
Laat ons U almachtige Koning ontvangen.
Ongezien omringd door engelen, van hemelhoge rangen. Alleluja, Alleluja”.
Dit is een Russisch volksliedje, dat in Nederland bekend is onder de titel ‘Kleine Annabel’.
Er rinkelt helder een belletje en de weg is enigszins stoffig.
Op het vlakke land begint de koetsier een droevig lied te zingen:
“Hoevelen treurden om jouw mistroostige liedjes? Hoeveel melodieën van hem hebben kille, vermoeide harten, vurig brandend gemaakt?”.
Er rinkelt helder een belletje en de weg is enigszins stoffig.
Mijn koetsier wordt stil, maar de weg van de legende gaat verder, verder en verder.
solo: René Smit
Dit is een vrolijk liedje waarin
de liefde wordt bezongen.
Dit is een Dalmatisch volksliedje.
Een visser is uit de haven ter visvangst gevaren.
Dobberend op zee in zijn bootje denkt hij aan zijn geliefde Anka.
Hij vraagt zijn bootje hem weer veilig aan land te brengen.
Hij zegt:
“Vaar, vaar, want de zee is diep. Zee, wie kent jouw diepte, zoals de blauwe ogen van Anka, mijn hart en ziel”.
Onze Vader die in de hemel zijt
Uw naam worde geheiligd
Uw rijk kome, Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schuld,
zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven en leidt ons niet in bekoring, maar verlos ons van het kwade.
EBKK CD 2
- 1. Amin-Amin 00:00
- 2. Dosto-Jest 00:00
- 3. My-Lostj-Mira 00:00
- 4. Uslysy-Hospody 00:00
- 5. Priiedite Pokloniemsj 00:00
- 6. Otsje Nasj 00:00
- 7. Pod Twojoe Mielostj 00:00
- 8. Nowa Radistj Stala 00:00
- 9. Mnogaja Ljeta 00:00
- 10. Nocoj Pa, Oh Nocoj 00:00
- 11. Nje Boitjessia Djewizy 00:00
- 12. Otsjie Tsjornyje 00:00
- 13. Serenade 00:00
- 14. De Zwaluw 00:00
- 15. Garavusa 00:00
- 16. Szta Dzieweczka 00:00
- 17. Wolga 00:00
- 18. Bandoera 00:00
- 19. Avondklokken 00:00
- 20. Krasnjie Sarafan 00:00
- 21. Ei Oechnjem 00:00
Information:
Heer wij bezingen en wij loven U.
Wij bidden U toe en danken U.
Waarlijk, U zaligprijzen moeten wij, U moeder Gods altijd gebenedijt.
U ongeschonden moeder van onze Heer en God, Gij zijt eerbiedwaardiger dan de cherubijn en onvergetelijk glorierijker dan de serafijn.
Ongerept hebt Gij met Woord gebaard.
Gij zijt waarachtig de moeder Gods
Eucharistisch offergebed.
Een zoenoffer van vrede, een offer van lof.
En met Uw Geest.
Wij zijn met ons hart bij de Heer.
Het is waarlijk, passend en rechtvaardig de Vader, de Zoon en de Heilige Geest te aanbidden.
De Heilige Drievuldigheid, één in wezen en ondeelbaar.
Heilig, heilig, heilig is de Heer van de heerscharen.
Hemel en aarde zijn vol van Uw heerlijkheid.
Hosanna in den Hoge.
Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren.
Hosanna in den Hoge.
Heer, hoor mijn gebed en laat mijn geroep tot u komen.
O Heer, verberg Uw aangezicht toch niet voor mij.
Heer, ontferm U over ons.
Kom, laten we Christus aanbidden en knielen voor Hem.
Redt ons, Zoon van God, herrijst uit de dood, terwijl wij U bezingen.
Hallelujah.
Onze Vader die in de hemelen zijt.
Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze zonden.
solo: Ruud Vennik
Wij zoeken onze toevlucht in Uw genade – o moeder Gods.
Te bidden dat U niet zult tarten ons leed, maar ons van het kwade zult verlossen.
Verlos ons Allerschoonste en Gezegende, Heilige Moeder Gods.
De herders knielden en prezen de Here God.
Allen bidden nu tot Christus onze Heer.
Schenkt ons geliefde Oekraïne de ware zegen.
Dit is een slotlied uit de ‘Byzantijnse rite’ en betekent:
Nog vele, vele, vele jaren.
solo: Ruud Vennik
Hierin bezingt het koor een soldaat die afscheid neemt van zijn gezin om voor zijn vaderland te gaan strijden.
Zij laten hem al biddend gaan en hopen op een behouden terugkeer van man en vader.
Meisje heb geen angst in deze wereld van leugen en bedrog.
Jij bent misschien wel het mooiste en het liefste meisje dat er is.
Zwarte ogen, hartstochtelijke ogen,
brandende, mooie ogen
wat houd ik daarvan maar wat ben ik er soms ook bang voor!
Sedert ik jullie zag heb ik geen moment van rust meer.
Ach jullie zijn niet voor niks zo somber!
Ik zie in jullie de treurnis over mijn ziel,
ik zie in jullie het ontembare vuur,
waardoor mijn arme hart wordt verteerd.
Maar ik ben desondanks niet treurig, niet bedrukt,
Mijn noodlot geeft mij vreugde:
Al het goede, wat God ons in het leven heeft gegeven,
heb ik geofferd voor deze vurige ogen.
solo: Ruud Vennik
Heel laag staat de zon, de avond is nabij.
Ik spoed mij naar jou toe, mijn hart.
Oh, kom naar buiten mijn hart
Visje, o mijn kristalletje.
Oh, een tortelduif was aan het onkruid wieden.
Ze stuurde haar doffer om water te halen.
Ga vlug, ga vlug en treuzel niet.
Kijk onderweg niet naar vreemde tortelduifjes.
Want vreemde tortelduifjes vliegen weg.
Ze willen jou toch niet hebben.
Stap, stap naar het dorp, ze heeft hem lief.
Ze houdt van hem en ze zal met hem trouwen.
Een moeder heeft een zoon, die in de gevangenis zit.
Deze zoon schrijft zijn moeder een brief. Deze brief geeft hij mee aan een zwaluw.
Hij vraagt de zwaluw om een nestje te bouwen onder het raam van zijn moeder en een liedje voor haar te zingen.
In de brief aan zijn moeder staat dat hij gevangen zit en dat zij elkaar nooit weer terug zullen zien.
solo: René Smit
Een ode aan de gezelligheid met een goed glas wijn, een hartige beet en een uitstekend gezelschap.
Bij wijze van uitzondering een Pools volkslied.
Het handelt over de ontmoeting van een houtvester en een mooi boerenmeisje ergens op het platteland van Polen.
Een ode aan de misschien wel grootste Russische rivier, de Wolga.
Deze rivier is ontelbare keren door zeer veel, voornamelijk Russische, koren bezongen en nu ook door het EBKK.
Langs de Wolga, moeder Wolga
over het brede laken van water
Daar steekt een onweer op
een geweldig onweer.
Er is niets te zien op de golven
er is alleen een klein zwart schip
Er is alleen een klein zwart schip
met glinsterende witte zeilen.
De roeiers hebben donkere kappen
en hun riemen schijnen rood
Hun leider is gekleed, ook in een
lange mantel gemaakt van zwart fluweel.
Nu begint hun leider te spreken: ‘Laten we
ons lied zingen jongens, laat het klinken
langs de Wolga, moeder Wolga
over het brede laken van water’.
Dit is een typisch Oekraïens volksliedje dat geheel is gewijd aan de liefde voor de klank van een muziekinstrument, de Bandoera (snaarinstrument).
Ik pakte eens de Bandoera
en ik wist direct:
Door deze Bandoera
moest ik Bandoera-speler worden.
En voor deze ogen,
ik had ze nog maar net aangekeken:
Voor deze zwart-bruine ogen
zou ik mijn leven willen geven.
Marusja, mijn schat
wees zo lief:
Neem mijn hart
en geef me het jouwe.
solo: Ruud Vennik en Wilie Tiehuis
Een man beseft hoe kort het leven is, hoe snel de tijd vliegt.
Wanneer hij de avondklokken hoort luiden kan hij niet anders dan terug denken aan de lente van zijn leven.
Elke zware klepelslag roept een beeld op uit zijn jeugd, van zijn ouderlijk huis, van zovele vergeten gewaande herinneringen.
Tegelijk groeit het besef dat de klokken hem het einde van zijn leven aankondigen.
Hoeveel herinneringen roept gij in mij wakker.
Als ik de klokken hoor, moet ik steeds denken aan mijn geboorteplaats, waar ik heb lief gehad.
Bij het afscheid nemen van mijn geboorteplaats hoor ik nog steeds de klank van deze klokken.
solo: René Smit
Naai toch niet lief moedertje aan die rode jurk Nutteloos zou het werk zijn daarom span je toch niet in Dochter kom naast me zitten de jeugd die keert niet terug Eens zal je die moeten laten varen Je kunt wel vrolijk zingen als een leeuwerik in mei Lachen, dansen, springen maar het is snel voorbij Want er komen jaren dat het plezier en vreugde weggaan en je wangen gaan hangen Ik zong ook eens een lied lachte, danste en sprong Stijf zijn nu mijn ledematen en ik loop al wat mank Terwijl ik dit rode kleed verstel komt de herinnering Als ik je hierin zie dansen voel ik me weer jong
Dit is het lied van de Wolga-slepers. Vroeger werden de vrachtboten vanaf de wal getrokken door Wolga-slepers.
In het lied is duidelijk hoorbaar hoe de slepers uit het niets opkomen, voorbij gaan en aan de horizon weer verdwijnen.
Allen samen! Allen samen!
Weer een keer, nog een maal.
We lopen langs de oevers van de rivier
ons lied zingend voor de geliefde zon!
Aida da aida, aida da aida,
ons lied zingend voor de geliefde zon!
EBKK CD 3
- 1. Tebe Pojem 00:00
- 2. Soeliko 00:00
- 3. Stepj da Stepj Kroegom 00:00
- 4. Otsje Nasj 00:00
- 5. Nèw Soglasi 00:00
- 6. Nine Otpushchayeshi 00:00
- 7. Cherubic Hymn 00:00
- 8. Anna Lariesa 00:00
- 9. Wieczerij Iwujeja Tajnja 00:00
- 10. Solovie 00:00
- 11. Blagoslovi Gospodi 00:00
- 12. Slawnoje Moorje 00:00
- 13. Tonkaja Rjabiena 00:00
- 14. Twaalf rovers 00:00
- 15. Oetjos 00:00
Information:
Heer wij danken U,
wij loven U
en bidden U toe.
De zoektocht van een man naar het graf van zijn geliefde.
Ik zoek het graf van mijn geliefde
Mijn hart is triest zonder jouw liefde
Het is moeilijk voor mijn hart zonder liefde
Waar ben jij toch mijn lieve Soeliko
Ik heb een roos gezien in een bos
Die was wit als tranen van dauw
Misschien bloei jij ook zo mooi, ergens ver weg, mijn lieve Soeliko
Boven de geliefde roos zat een nachtegaal
in de takken van een boom
Ik zucht diep en vraag:
Waar ben je toch mijn Soeliko
Het vogeltje raakt de roos met zijn bekje
En begint te zingen
Zijn lied maakt het bos wakker
Net alsof het zegt: Hier ben ik
solo: René Smit en Rien van Ast
Een jongeman is stervende aan het front. Hij vraagt zijn beste vriend:
‘Geef de trouwring terug aan mijn geliefde en zeg haar dat ik nooit meer terug zal komen’.
solo: Willie Tiehuis
‘Onze Vader die in de hemelen zijt.
Geef ons heden ons dagelijks brood’.
O Nacht, o duistere nacht , herfstnacht.
Ik heb geen vader en moeder meer.
Ik heb nog maar één fijne hartsvriend.
Heer, laat nu Uw dienaar gaan in Vrede, naar Uw woord.
Omdat mijn ogen Uw verlossing hebben aanschouwd, die U heeft bereid voor het aangezicht van alle mensen,
een licht tot verlichten van de ongelovigen,
en de glorie van Uw volk Israël.
Laat ons als de cherubijnen loven.
Prijzen wij als zij Hem heilig.
God die driewerf heilig is.
Hef ons op,
Heer, boven zorg en pijn.
Laat ons in U geborgen zijn.
Dit heeft betrekking op het Laatste Avondmaal van Jezus met zijn Apostelen.
Het is een gebed dat vlak voor de Heilige Communie gebeden wordt.
Maak mij waardig om aan Uw geheime Avondmaal deel te nemen
zodat ik U niet verraad aan Uw vijanden en ik U geen kus geef zoals Judas, maar dat ik als de misdadiger – die naast Jezus aan het kruis hing – bij U kom: Gedenk mij Heer in Uw Koninkrijk!
Het Laatste Avondmaal wordt in het Russisch, en ook in het Grieks, het Geheime Avondmaal genoemd.
Lente kwam naar ons toe, naar het front Soldaten kunnen niet meer slapen
Niet omdat er kanonnen bulderen
Maar omdat er wordt gezongen
Vergetend over het gevecht
Gekke nachtegalen zingen
Maar wat is oorlog voor een nachtegaal?
De nachtegaal heeft toch zijn eigen leven
Een soldaat slaapt niet, hij herinnert zich
zijn huis
En een groene tuin bij een vijver
Waar nachtegalen de hele nacht doorzingen
En er wordt in dit huis op de soldaat gewacht
Maar morgen wordt er weer gevochten
Zo is het door ons lot bepaald
dat we van onze liefde weg moeten
van onze vrouwen, van onze velden
Maar met elke stap in dat gevecht
komen we steeds dichter bij het huis in ons geboorteland
solo: Rien van Ast
Heer ontferm U, Heer ontferm U.
Loof mijn ziel Heer met heel mijn hart. Loof mijn ziel Zijn heilige naam en vergeet nimmer al wat Hij gedaan heeft.
Een lofzang op het grootste
zoetwater binnenmeer ter wereld:
het Baikal-meer.
‘Jij heerlijke, schitterende, heilige Baikal’.
Waarom sta je daar zo te zwiepen,
jij slanke lijsterbes?
Je buigt je hoofd, alsof je staat te bidden,
teder naar het gras.
Daar aan de overkant van de weg,
ver aan de andere kant van de rivier
staat een grote eik in al zijn pracht.
Als ik, een lijsterbes,
maar bij die eik kon komen,
dan zou ik mijn gejammer staken
en het eenzame gebuig en gezwiep.
Ik zou hem innig vasthouden
met mijn slanke takken.
En in zijn bladeren
fluister ik dag en nacht lieve woordjes.
Maar de lijsterbes zal nooit in staat zijn
om bij die grote eik te komen
De arme schat is veroordeeld
om voor altijd zo te buigen en te zwiepen.
solo: Gerrit Slomp en Rien van Ast
De legende van de roverhoofdman Kudejar.
Al rovend en strijdend trok hij door het land, tot hij in Kiev zijn grote liefde vond. Door deze grote liefde kwam hij tot bezinning en nam zijn intrede in het klooster.
Deze legende werd zingend verteld door een monnik genaamd Pitirim. Kudejar en Pitirim blijken één en dezelfde persoon te zijn.
Er bevindt zich een grote rots aan de Wolga, waar alleen mos groeit van boven naar beneden. Op de top groeit helemaal niets.
Van alle mensen was er maar één die de top van de rots heeft bereikt.
Hij was het, Stepan Razin.
EBKK CD 4
- 1. Tjebe Pojem 00:00
- 2. Sovjet Prevetchnyi 00:00
- 3. Voskliknite 00:00
- 4. Nine Sily Nebesniya 00:00
- 5. Gospodi Pomiluj 00:00
- 6. Slava v Vysnih Bogu 00:00
- 7. Da Isprjavitsja Molitva Moja 00:00
- 8. Christos Woskrese 00:00
- 9. Svete Tikhiy 00:00
- 10. Nine Sili Nebesniya 00:00
- 11. Bozje Zarja Hrani 00:00
- 12. Tsjom Tsjom 00:00
- 13. Polyushko Polye 00:00
- 14. Molis Kunak 00:00
- 15. Plovi Plovi 00:00
- 16. Oj Ishov Kozak z Donu 00:00
- 17. Korubusjka 00:00
- 18. Wolja 00:00
- 19. Nocoj pa, oh, nocoj 00:00
- 20. Povijav Viter Stepovij 00:00
Information:
“Wij loven U, wij prijzen U, wij danken en aanbidden U, onze God.”
Deze compositie van Pavel Chesnokov is een heel ingetogen
melodische versie, die moeilijk te vertolken is, maar
zeer indringend kan overkomen. Een lied om met
gesloten ogen te beluisteren en diep binnen te laten
komen.
(componist: P. Chesnokov (1877-1944), opus 40-2)
De aartsengel Gabriel verscheen aan Maria en begroette haar:
Verheugt u, de Heer is met u.
(solist: Marcel van den Berg)
(A. Gretchaninoff, arr. P. Chesnokov, opus 19-2)
Wees verheugd in de Heer, heel de aarde!
Zing voor Zijn Naam,
Geef eer aan Zijn gebeden;
Maak al zijn wonderen bekend!
(Alexandr Sheremetev (1859-1931))
“Nu de machten des hemels onzichtbaar met ons dienen,
Ja, de Koning van Glorie komt.”
Dit gebed wordt met name in de vastentijd gebruikt. Orthodoxe christenen kunnen in de vastentijd heel streng vasten en verbreken die pas na de communie van de dagelijkse avondmis.
(componist: A.F. Lvov (1799-1870))
Heer, ontferm U.
In deze versie wordt het “Heer, ontferm U” zeer snel exact 75 maal herhaald, waardoor het een haast mediterend effect krijgt. In de Russisch Orthodoxe kerk gebeurd dit speciaal tijdens de dienst ter gelegenheid van de Heilige Kruisverheffing (14 september).
(componist: Alexander Kosolapov)
Een kerstlied, dat wij kennen als “Ere zij God in den hoge”.
(solisten: Jan Luppes, Alfons Vloedgraven, Anton Bakker, Henri Holtkamp)
(componist: P. Chesnokov, opus 24-6)
Laat mijn gebed U bereiken (psalm 141:1-4)
“Heer, ik roep U aan, kom spoedig tot mij, neem mijn stem ter ore, wanneer ik tot U roep.”
(solist: Maarten Barth)
Christus is verrezen uit de dood
Door zijn dood vernietigde hij de dood
en schonk leven aan hen die begraven zijn
(Anoniem, 17e eeuw)
“Stralend Licht van de heilige glorie van de onsterfelijke, hemelse, heilige, gezegende Vader. “
(componist: Grigory Lvovsky (1830-1894))
Nu de machten des hemels onzichtbaar met ons dienen,
Ja, de Koning van Glorie komt.
(componist: A.F. Lvov (1799-1870))
O God, behoed de tsaar!
Dit was het nationale volkslied van het late Russische Rijk. Het lied werd verkozen door middel van een wedstrijd die werd gehouden in 1833. De componist was violist prins Aleksej Fjodorovitsj Lvov en de tekst werd geschreven door de romantische hofdichter Vasili Zjoekovski. Het bleef in gebruik tot 1917, toen de Russische Revoluties de tsaristische monarchie omverwierpen.
(volkslied)
Van vader op zoon wordt generaties lang dit verhaal verteld. Dat men zuinig en respectvol moet omgaan met alles wat de natuur en moeder Aarde te bieden heeft.
(solist: Henk Buist)
(componist: Lev Knipper, 1898-1974)
Veld, mijn veld, mijn brede veld…
Het beroemde lied Polyushko Polye komt uit de 4e symfonie van Lev Knipper (1934) en werd later gebruikt als een van de marsliederen door het Red Army Choir.
Een banneling verlangt naar zijn geboortegrond.
“Bid, mijn vriend, in een vreemd land.
Bid, mijn vriend, voor je eigen land.
Bid voor al diegenen die aan het hart liggen,
opdat God hen kan behouden.”
(solist: René Smit)
(componist: Rado Simoniti)
Schipperslied
Zeil, zeil, de zee is diep, zeil, zeil, de zee is diep
Anko, mijn kleine Anko, mijn lieve en geluk.
Je ogen zijn als de diepe zee, je ogen zijn als de diepe zee.
Anko, mijn kleine Anko, mijn lieve en geluk.
(solisten: Joost van Nieuwenhoven en Alfons Vloedgraven)
Een oud Oekraïens Kozakkenlied.
Dit is in Rusland een heel beroemd lied. Het gaat over een jongen die goederen verkoopt. Hij loopt van het ene plekje naar het andere met een grote zware doos vol stoffen en andere mooie zaken. Daarbij is hij ook verliefd…..
Een van de eerste bekende computerspellen heeft hiervan de melodie gebruikt: Tetris.
(solist: Dirk de Graaf)
Dit lied heeft betrekking op de bevrijding van de lijfeigenen in 1861.
(solisten: Johan Asbreuk, Alfons Vloedgraven, Anton Bakker, Henri Holtkamp)
(F. Venturini)
Slavisch volkslied
Een jonge man neemt afscheid van zijn geliefde, om te gaan strijden voor volk en vaderland. Hij belooft dat hij uit het leger terug zal keren na zeven jaar. Zij weeklaagt dat ze hem nooit meer weer zal zien, want alleen God mag weten wanneer die zeven jaar voorbij zijn.
(Solist: Theo Maatman)
(Oekraïens volkslied)
De steppewind blies over het gras. De soldaat viel in de strijd, roepend om zijn meisje. Het was een jonge kerel, hij zou worden verbonden aan zijn liefde. Hij viel als een droog blad, zijn oogleden blijven gesloten.
“Sta op, jonge Kozak, je meisje huilt!”
Maar de prijs is hoog, de Kozak bedekt de ruwe grond.
De steppewind blaast, de strijder is gevallen.
(solisten: Marcel van den Berg en René Smit)